Het verborgen talent van Ben Fikkert

Frivolité? Wat is dat nou toch! Kun je dat eten? Het schijnt van wel. Frivolité is de benaming voor een lekker hapje. Niet zó maar een hapje, nee, een exquise hapje. Maar frivolité is ook nog iets anders. Het is de naam van een handwerktechniek. Met deze techniek is het mogelijk om kant te produceren. Wat dat betreft heeft het resultaat veel weg van kantkloswerk. Alleen, frivolitékant is geknoopte kant, terwijl kloskant gevlochten en geweven kant is. Voor frivolitékant zijn in de regel één tot twee draden nodig, voor kloskant wel honderden! Om frivolitékant te kunnen maken heb je één of twee frivolitéspoeltjes nodig (zie foto), afhankelijk van het patroon.

Hoe kom je er nou bij om zoiets te gaan doen? Toen ik acht was, leerde mijn moeder me breien. Toen ik zo'n vijfentwintig jaar was, raakte ik ook geïnteresseerd in haken. En van haken naar kant is een kleine stap. Vóór ik het wist was ik alles aan het lezen wat er over kantmaken te weten valt. Ik heb toen kantklossen en kunstbreien geleerd. Toen mijn moeder zag dat ik interesse had voor kant, liet ze me een kanttechniek zien die zij had beoefend toen ze zwanger was van mij (nou ja, eigenlijk van mijn vader, maar je weet wat ik bedoel). Er waren complicaties met de zwangerschap, waardoor ze weken plat moest liggen. Een vriendin leerde haar toen frivolité, omdat dat zo'n beetje het enige was dat ze platliggend kon doen. Mijn moeder liet me dus zien hoe het moest, en daar ging ik!

Kort daarna ging ik in dienst - waar ik gewoon doorging met breien en frivolité (mijn collega-soldaten waren overigens heel behulpzaam met het draaien van bollen van de strengen wol die ik meebracht). Rond die tijd kwam ik ook in contact met een uitgeverij. Het resultaat was een artikel in een handwerktijdschrift. Daarna - ik was werkeloos - heb ik een boek over frivolité geschreven, zo rond 1984. Tien jaar later nog eens, in het Engels, en op dit moment werk ik aan mijn derde boek. Dit boek zal in de Verenigde Staten verschijnen.

Frivolité als handwerktechniek is zo'n tweehonderd jaar oud. Er zijn in Nederland maar vrij weinig mensen die frivolité beoefenen - het lijkt wel een uitgestorven tak van sport. Niet zo in Amerika, waar deze techniek de laatste jaren een hoge vlucht heeft genomen. Dat blijkt onder andere uit het feit dat de techniek weer volop in ontwikkeling is - anders dan breien en haken. Ook zijn er de laatste vijf jaar tien keer zoveel boeken uitgekomen over frivolité dan in de vijftig jaar daarvóór!

Eigenlijk hoort frivolité tot de zogenaamde schoone handwerken, net zoals kantklossen en naaldkant. Dat is toch niks voor kerels zou je zeggen. Niets is minder waar. Er zijn vrij veel mannen die dit handwerk beoefenen. Kijk bijvoorbeeld maar eens op http://www.tat-man.net, de site van Marc Myers; op http://www.geocities.com/gr8shuttles, de site van de zogenaamde Shuttle Brothers (shuttle is engels voor frivolitéspoeltje) - kijk maar eens naar hun foto, dat zijn toch zeker stoere kerels? Er is ook minstens één Nederlandse man die frivolité beoefent: Jan Voskes (website: http://home.wanadoo.nl/tatslife). Tenslotte: je kan ook eens naar mijn eigen home page: http://home.tiscali.nl/ben.fikkert) surfen. Daar staan nog meer voorbeelden van frivolité. Mocht ik jullie nu lekker gemaakt hebben voor dit wonderschone handwerk, laat het me dan even weten. Ik ben graag bereid om het jullie te leren...!